Dina Kuiper, Projectleider Participatiewet bij BOOR, is geïnterviewd door Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs. Ze gingen in gesprek over de Banenafspraak met onderstaand artikel als resultaat. Om invulling te geven aan de Banenafspraak, zette de Rotterdamse stichting BOOR verschillende leerwerktrajecten voor leerlingen op. Inmiddels werken meerdere voormalige leerlingen uit het speciaal onderwijs in de groenvoorziening, als algemeen school-assistent of als assistent-conciërge op een van de BOOR-scholen. Het doel: doorstromen naar een reguliere baan, bijvoorbeeld bij een hoveniersbedrijf of op een basisschool.
Groenbus
Het concept van de Groenbus is eenvoudig: een ‘rondreizende’ hovenier die stelselmatig de veertig schoolpleinen van BOOR-scholen onderhoudt. Bijzonder is vooral de samenstelling van de Groenbus: onder leiding van een ervaren hovenier leren ex-leerlingen uit het vso en pro hier de fijne kneepjes van het vak. De Groenbus reed voor het eerst uit op 1 juni van dit jaar. Het gaat hier om een pilotproject in het kader van de Banenafspraak, schetst projectleider Dina Kuiper van Stichting BOOR. ‘Onze scholen voor speciaal onderwijs leiden onder meer op voor uitstroom naar arbeid. Dat zette ons aan het denken: kunnen we die doelstelling en de Banenafspraak niet op de een of andere manier aan elkaar koppelen? Zo ontstond het idee om leerlingen op te leiden voor garantiebanen.’
Doorstromen naar baan
Uiteindelijk leidde dit tot enkele pilotprojecten, waarvan de Groenbus de eerste was. Het doel is dat vier geïnteresseerde leerlingen (van vso- en pro-scholen) na een proefplaatsing doorstromen naar een garantiebaan bij BOOR zelf. Ze zijn dan niet langer leerling, maar werknemer. Blijken ze geschikt voor het werk? Dan kunnen ze na een tijdje wellicht doorgroeien naar een baan bij het groenbedrijf. Stap voor stap worden leerlingen zo klaargestoomd voor de arbeidsmarkt.
Eyeopeners
Die eerste pilot leverde meteen enkele eyeopeners op, blikt Kuiper terug. ‘Van de eerste vier leerlingen die per 1 juni startten, zijn er uiteindelijk drie afgehaakt. Dat had vooral te maken met het feit dat de overgang van leerling naar werknemer té groot was. Vakinhoudelijke begeleiding alléén is niet voldoende; het gaat ook om het leren van werknemersvaardigheden. Ook kwamen twee leerlingen er na een tijdje achter dat Groen toch niet hun ding was. Ook dat is leren, want alleen maar door te doen kom je hier immers achter.’
Leerwerktraject met begeleiding
In een volgende pilot worden sinds dit schooljaar zes vso-leerlingen opgeleid tot algemeen school-assistent of assistent-conciërge, in een intensief leerwerktraject op een basisschool van driekwart jaar. Kuiper: ‘Elke ochtend om acht uur is er overleg met de leerlingen. Wat zijn hun taken voor die dag in de school? Maar ook: hoe stel je je op richting collega’s, ouders en natuurlijk de leerlingen van de basisschool? Welke sociale vaardigheden zijn belangrijk als je op school werkt? Die begeleiding is enorm belangrijk, hebben we gemerkt.’
Na driekwart jaar stromen de leerlingen individueel door naar een andere basisschool, vervolgt Kuiper. ‘Daar worden ze verder begeleid door een jobcoach. Doel is dat de deelnemers uiteindelijk instromen in een garantiebaan op een basisschool. Verder bekijken we momenteel of er meer richtingen zijn die we kunnen koppelen aan garantiebanen binnen onze scholen. Daarbij denken we bijvoorbeeld aan horeca- en schoonmaakfuncties.’
Kuipers advies: besteed voldoende aandacht aan werknemersvaardigheden en begeleiding, en voorkom op die manier dat leerlingen voortijdig afhaken. ‘Ook belangrijk: zorg voor een zo goed mogelijke match tussen het werkplekprofiel en de individuele leerling. De doelgroep is niet eenduidig; er is een enorme diversiteit in wat mensen wel en niet kunnen. Dat maakt de juiste match nog veel belangrijker dan bij een ‘gewone’ baan. En verder is het goed om – als die ruimte er is – een collega vrij te maken die het hele traject in goede banen leidt.’
Werkdrukverlaging
En ja, pilots als deze kosten geld. Kuiper adviseert schoolbesturen om te zoeken naar bovenschoolse bekostiging, zodat fluctuerende schoolbudgetten geen invloed hebben op het project. Maar, benadrukt Kuiper: onder de streep levert het project enorm veel op. ‘We werken op deze manier gestaag aan ons quotum van negentig garantiebanen. We zorgen voor werkdrukverlaging in de scholen, door scholen te ontzorgen met groenonderhoud en door school-assistenten en assistent-conciërges te leveren. Én we bieden onze leerlingen de kans om relevante werkervaring op te doen en wellicht door te groeien naar een reguliere baan. Zo profiteert uiteindelijk iederéén.’
Bron: Arbeidsmarktplatform Primair Onderwijs.